Inmiddels ben ik over m’n jeugdtrauma’s heen. En als natuurfotograaf kijk ik met hele andere ogen naar het lelijke eendje. Het verhaal van dat zielige mormeltje is natuurlijk onzin. Natuurfotografen weten als geen ander dat jonge dieren ‘scoren’. De kwetsbaarheid, de aandoenlijkheid en de aaibaarheid doet bij de gemiddelde toeschouwer het hart smelten. Het prille leven benadrukt de lente, waar we zo naar hunkeren na onze (meestal) natte en chagrijnige winter. We worden er blij van! En het maakt eigenlijk niet uit wat voor soort beestje het betreft. Zolang ze klein zijn vertederen ze.
Succes verzekerd
Wie net als ik regelmatig in de polder vertoeft zal het met me eens zijn…wat hebben we veel grauwe ganzen. En wat zijn ze vervelend als ze met een hoop herrie onze aanwezigheid afkeuren. Voor mij zijn ze al lang niet meer fotogeniek, ik stap er niet vroeg voor uit m’n bed. Wat natuurlijk een beetje blasé is, waarom zou een foto van een grauwe gans niet de moeite kunnen zijn? Waarschijnlijk verbloem ik met die opmerking dat ik tot nu toe niet in staat ben om een onderscheidende foto van een grauwe gans te maken… Maar een foto waar een handjevol grauwe pullen op staat, is een heel ander verhaal. Die donsballetjes zijn zacht, snoezig en aantrekkelijk onhandig als ze struikelend achter elkaar richting waterkant hobbelen. Wie die weet vast te leggen heeft ‘goud in handen’.
Nog een voorbeeld. Wie in de gelegenheid is om vossen te fotograferen kan zich doorgaans wentelen in een hoop belangstelling. Vossen doen het in het algemeen goed. Hun elegantie in combinatie met de aan hen toegedichte sluwheid maakt vossenfoto’s erg aantrekkelijk. Maar wie het lukt om (uiteraard zonder verstoring) spelende jonge vosjes te fotograferen wint de jackpot. Want wat zijn ze leuk, die oranje haarballetjes, dartelend in het frisse lentegras. Dat geeft pas een hoop duimpjes en natuurlijk ‘nieuwe vrienden’ op facebook. Zelfs de wetenschap dat deze kleintjes uitgroeien tot een bloeddorstig en roofzuchtig dier doet hier niets aan af.
Voorjaar
Zo denk je als natuurfotograaf de heilige graal gevonden te hebben. Wil je veel reacties op je foto’s (en welke fotograaf wil dat nou niet?) dan gaat de focus op de ukkies. Dus het voorjaar is jouw seizoen, daarin gaat het gebeuren! Het miegelt overal van de konijntjes, haasjes, vosjes en allerlei soorten kuikens. Je hoeft ze alleen nog maar vast te leggen, ze zorgen zelf wel voor de noodzakelijke aaibaarheidsfactor. En ik moet eerlijk toegeven, die jonkies hebben wel wat.
Nu had ik dit voorjaar een fotohut geboekt in België (jazeker, een van de…). De zon scheen en dat is zeker niet altijd het geval in Kalmthout, kan ik je verklappen. Het voer werd volgens de instructie op de daarvoor bedoelde plekken ‘gesmeten’. In no time kwamen van heinde en ver de vogels aangevlogen om hun ontbijt te nuttigen. Nog voordat we goed en wel in de hut waren gekropen, werd er al flink gekibbeld door de ontbijtgasten. Onder deze gasten bevonden zich ook wat jonge waterhoentjes, een bonus voor deze fotograaf die denkt met jonge dieren extra punten te scoren. Mijn dag kon niet meer stuk!
Uitzondering op de regel
Maar in tegenstelling tot bijvoorbeeld grauwe gansjes missen jonge waterhoentjes volgens mij die aaibaarheidsfactor. Man wat zijn ze lelijk! De spreekwoordelijke uitzondering op de regel.
Zelfs de ouders kunnen het niet aanzien, zo leek het. Met enige regelmaat werd een van de kuikentjes duidelijk gemaakt dat het zeker moeders mooiste niet was. Dat levert pas jeugdtrauma’s op, kom daar maar eens overheen! Als één vogelsoort recht heeft op een sprookje over een trieste jeugd, dan is het wel het waterhoentje. Mij hoor je niet meer klagen, ook al levert een foto van een jong waterhoentje geen duimpjes en nieuwe vrienden.
Oh ja…en dat verhaal over die zwaantjes moet maar eens herschreven worden.
2 reacties
Ok, schijnbaar ben ik de enige zelfbenoemde natuurfotograaf die jonge waterhoentjes wel mooie beestjes vind. Die scherpe blik, rode neus en wilde baardgroei….
Ha Bert, dank voor je reactie. Of je de enige bent weet ik niet zeker, maar je bevindt je in ieder geval in een select gezelschap. Wat ik wel weet is dat als ik na een wild weekend met zo’n rode neus en woeste baard richting m’n vriendin schuif, mij doorgaans een weinig enthousiaste reactie ten deel valt. 🙂
Kan ook liggen aan mijn bijpassende lodderige blik natuurlijk…