In goed ontwikkelde plakkaten vind je zelfs twee soorten paraplu’s: hoge sporendragende exemplaren en veel lagere mannelijke parapluutjes. De laatste zijn ook anders van vorm, ze missen de baleinen van de sporendragers.
Daarnaast vind je op het levermos het hele jaar interessante komvormige structuren: de broedbekertjes. In de bekertjes vind je bolvormige celklompjes, de broedkorrels. Tijdens een regenbui kunnen deze door een binnenvallende regendruppel ver weg spatten. Elke broedkorrel kan ergens anders weer uitgroeien tot een volledige plant. Parapluutjesmos is een typische levermos, het groene plantenlichaam (thallus) bestaat uit zich vertakkende lobben, die doen denken aan de lobben van een lever.
Parapluutjesmos vind je heel algemeen in tuinen, parken, kwekerijen en natuurontwikkelingsterreinen op vochtige kale plekken. Meestal op de grond, ook wel op of langs vochtige muurtjes. Zelfs in bloempotten vind je ze! Je herkent de plant aan de donkergroene plakkaten, in voorjaar en zomer ook aan de kenmerkende parapluutjes.
Geef een reactie