De mooiste beken van de Ardennen

De herfst en stromende beekjes in de Ardennen is voor veel natuurfotografen haast een verplicht nummer in de jaarlijkse lijst aan fotografische highlights. De herfstkleuren van vooral de beuken en esdoorns lijkt er altijd intenser te zijn dan in Nederland. Tel daar bemoste rotsblokken en het stromende water met zijn schuimkoppen en uiteraard afgevallen blaadjes bij op, en je bent dagen onder de pannen.

De onder fotografen bekendste beek van de Ardennen is ongetwijfeld de Hoëgne. Dit beekje stroomt tamelijk wild met een fors verval, hetgeen zorgt voor kleine watervalletjes en fraaie stromingspatronen. Bijkomend voordeel is dat een groot deel van het bosbestand langs deze beek uit kleurrijke beuken bestaat. Nadeel van deze beek zijn de soms forse loopafstanden, uiteraard afhankelijk waar je precies wil fotograferen.

Iets minder uitbundig is de Getzbach, doch ook hier valt meer dan genoeg te fotograferen. Het is op sommige plekken een aardig klimmetje naar beneden (en dus ook weer terug omhoog richting de auto). Langs een gedeelte loopt een breed bospad (toegankelijk voor bosbouwvoertuigen). Dit is voor de fotografie niet bepaald gunstig, even rekening mee houden dus.

Het kleinste beekje dat beslist vermeld moet worden is de Ninglispo. Klein, maar met een groot verval in de vorm van meerdere serieuze watervallen. Door het grote verval is het niet altijd gemakkelijk een goed standpunt te vinden. De gladde rotsen maken het soms een risicovolle plek.

Het is dit jaar in België uitzonderlijk droog geweest. Dat zie je ook terug in het debiet van de beken. Veel echt kleine stroompjes staan geheel droog. De drie genoemde beken voeren wel water, doch minder dan gemiddeld. Naast de genoemde beken telt de Ardennen nog honderden grote en kleine stroompjes die zeker niet minder mooi hoeven zijn. Gewoon lekker rondkijken dus!