narcDe narcissen die je koopt zijn soorten uit verschillende Zuid-Europese landen, ze verwilderen ook wel eens. Maar zo herken je de inheemse narcis: de trompet (corona) zelf is geel maar de rok eromheen (bloemdekslippen) is lichtgeel.
De wilde narcis voelt zich thuis in graslanden en bergweiden. In Nederland is hij zeldzaam en komt hij nog plaatselijk algemeen voor in Zuid Limburg, de kop van Overijssel en langs de binnenduinrand. Verder is het verder vooral een stinzenplant, en dus het meest te vinden op landgoederen en buitenplaatsen.
Wilde narcissen worden tot wel 50 cm hoog en met bloemen tot 5 cm lang zijn dit meer dan alleen macro onderwerpen. Wilde narcissen bloeien vroeg in het jaar en geven kleur aan de weilanden en bossen waar ze groeien. Ze zijn groot, lekker fel gekleurd en geven het startsein voor een kleurrijk plantenseizoen.