De oplossing
Je zal niet de eerste fotograaf zijn die na het maken van een geslaagde foto de modder uit zijn oor moet peuteren of de eerste 10 minuten erna zijn/haar rug weer in model moet brengen. Is er dan geen oplossing voor de laag-bij-de-grondse-fotografie? Jawel… de hoekzoeker!
Het gebruik lijkt voor zichzelf te spreken, maar in het veld kom ik toch zeer regelmatig mensen tegen, die er grote problemen mee hebben. Hopelijk geeft dit artikel meer duidelijkheid.
Een hoekzoeker is een handige tool die je in plaats van het oculairrubber op de zoeker zet en vervolgens naar boven wijst. Nu kun je van bovenaf in de zoeker kijken in plaats van opzij, wat veel rugproblemen en modder-oren kan besparen. Verder kan een hoekzoeker eenvoudig gedraaid worden, zodat je niet alleen in landscape maar ook makkelijk in portrait-stand kan schieten of zelfs de camera ondersteboven kan houden.
Hoekzoeker of klapscherm?
Nu hebben inmiddels veel camera’s een opklapbaar scherm en daarmee kun je hetzelfde bereiken, namelijk niet ondersteboven achter/onder de camera te hoeven liggen. Toch kunnen ook mensen met een camera met een klapscherm profijt hebben van een hoekzoeker, omdat je veel minder last hebt van opvallend licht. Bij fel zonlicht zie je weinig op het scherm, iets waar je met een hoekzoeker geen last van hebt. En ook maak je bij een klapscherp gebruik van live view waardoor wellicht de scherpstelling minder snel gaat en de accu sneller leeg raakt.
Het bevestigen van de hoekzoeker
De hoekzoeker wordt op de plaats van de oogschelp bevestigd, daarom moet eerst de oogschelp van de camera worden verwijderd. Om de hoekzoeker op verschillende maten zoekers te kunnen gebruiken, worden adapterplaatjes meegeleverd, die je tussen het oculair en de hoekzoeker schuift. Let er bij het afhalen van de hoekzoeker op, dat je ook het adapterplaatje van je camera schuift, anders krijg je de oogschelp er niet meer op.
De hoekzoeker instellen
Het juist instellen van de hoekzoeker is heel belangrijk omdat anders tijdens het fotograferen de juiste scherpte van het beeld niet kan worden bepaald. Daarom hier een kort stappenplan.
- Begin eerst met het scherpstellen van je zoeker zonder de hoekzoeker! Zet daarvoor de camera aan en druk de ontspanknop een keer half in, zodat de zoekerinformatie (zoals sluitertijd en diafragma) in beeld staat. Draai dan aan de dioptrie-instelring, tot dat die zoekerinformatie zo scherp mogelijk is.
- Zet daarna de hoekzoeker op de zoeker en het zal je verbazen dat je dan alsnog alles onscherp ziet. De meest hoekzoekers hebben tegenwoordig de mogelijkheid om 2x tot wel 3x in te zoomen. Zet deze schakelaar op de laagste zoomfactor (1x of bij sommige merken 1.25x), zodat je volledig beeld hebt. Nu moet eerst de hoekzoeker ingesteld worden op je oog, zodat je het zoekerbeeld zo scherp mogelijk ziet. Dat doe je op dezelfde wijze als voor de zoeker zelf. Stel de hoekzoeker NOOIT in op het beeld dat je ziet, maar altijd op de zoekerinformatie. Draai desnoods het beeld onscherp en richt je camera op een rustige, wat donkere achtergrond. Sta niet verbaasd dat als je de zoeker op -1,5 hebt in moeten stellen om de zoekerinformatie scherp te zien je soms de hoekzoeker ook nog eens op min zoveel in moet stellen.
Dit instellen van de hoekzoeker moet je helaas vaak doen, de ring verdraait gemakkelijk bij het (de-)monteren en opbergen. Wil je de zoom-functionaliteit gebruiken, dan zal je na het omzetten van de schakelaar de hoekzoeker opnieuw moeten instellen. De dioptrie-instelling is bij 1x anders dan bij 2x. Dit is voor mij de reden om de zoomfunctie nooit te gebruiken. Ook omdat ik bij inzoomen maar een deel van het beeld zie en meestal geen zoekerinformatie meer heb.
Eigen merk of vreemd gaan?
De grote merken hebben allemaal een hoekzoeker in het assortiment, die alleen op het eigen merk past. Deze zijn van uitstekende kwaliteit, maar er zijn ook universele hoekzoekers te koop. Ook die zijn prima van kwaliteit en vallen een heel stuk goedkoper uit. Bij die universele hoekzoekers zit een hele partij adapterplaatjes, zodat hij te gebruiken is op camera’s van alle grote merken. En omdat een hoekzoeker geen invloed heeft op de kwaliteit van het beeld, was voor mij de keuze snel gemaakt. Temeer omdat ik ze wel eens kwijt raak, ze kunnen helaas niet zwemmen.
Brildragers
De dioptrie-instelling van de hoekzoeker is zo ruim, dat ik met mijn -7 nog net een scherp beeld kan krijgen zonder bril. Meestal gebruik ik de hoekzoeker echter met bril. Daarvoor klap ik wel het rubber van de oogschelp terug, anders blijft mijn oog te ver van de hoekzoeker af.
De flitsschoen
Omdat de hoekzoeker boven de camera uitsteekt, kan hij niet gebruikt worden als je bepaalde accessoires in de flitsschoen hebt zitten. Sommige merken flits-triggers, maar ook rapportageflitsers steken bijvoorbeeld te ver naar achteren uit om de hoekzoeker te kunnen gebruiken.
Eén reactie
goed verhaal 🙂